Grave Lokaal

Inspraakreactie Jan Litjens bij behandeling vaststellen bestemmingsplannen buitengebied.

Toelichting door Jan Litjens in de Raadscommissie Ruimte van de gemeente Grave op 18 juni 2015 in verband met de vaststelling van het bestemmingsplan Buitengebied, 1eherziening
Mijnheer de Voorzitter, geachte commissieleden, 
Dat ik als vertegenwoordiger van de heer B.W.A.M. Litjens, zowel in privé als zakelijk optreedt is u bekend.
Dat ik hier sta,  zou niet nodig moeten zijn.
Wat heeft de Raad van State beslist?
De Raad van State heeft beslist dat aan een smalle strook grond, kadastraal C, nr 1697, de bestemming Bedrijf moet worden toegekend, omdat dat eerder ook zo is geweest.
Om deze uitspraak vast te leggen in het vigerende bestemmingsplan Buitengebied kan volstaan worden met een tweetal zinnen en wel als volgt:
1. Perceel sectie C, nr. 1697, wordt bestemd tot Bedrijf zoals is vastgelegd in artikel 7 van de vigerende planvoorschriften onder Tabel -10;
2. De plankaart wordt als zodanig aangepast;
Ik verzoek uw Commissie dit verzoek te ondersteunen.

Alweer nieuwe voorschriften? Nee toch!
In plaats daarvan worden nu weer afzonderlijke planvoorschriften opgesteld voor het totale bedrijf van Litjens, welke planvoorschriften afwijken van de planvoorschriften dieop 25 april 2013 zijn vastgesteld bij het bestemminsplan Buitengebied.

Hiertoe bestaat geen enkele noodzaak, geen rechtsgrond en het schept alleen verwarring en ondoorzichtigheid. De systematiek van de voorschriften wordt doorbroken.

DE RAAD VAN STATE HEEFT NIET UITGESPROKEN DAT DE VOORSCHRIFTEN MOETEN WORDEN VERANDERD NOCH DAT ALLE HUIDIGE BEDRIJFSGRONDEN WEER IN EEN GEHEEL NIEUW BESTEMMINGSPLAN MOETEN WORDEN OPGENOMEN namelijk in het bestemmingsplan Buitengebied,1e herziening.

Toch stelt het college dit aan de gemeenteraad voor.
Het College stelt nu dat er geen verschillen zitten tussen de tekst van het huidige voorstel en de tekst van het bestemmingsplan, dat op 25 april 2013 is vastgesteld. Maar dat is niet zo.

Zo verschilt de tekst in artikel 7.3.2 onder e en in artikel 7.5.1 onder l met de thans voorgestelde tekst in artikel 5,3,2 onder e en in artikel 5.5.1 onder f.

Litjens is dan weer gedwongen na te laten gaan door deskundigen, wat deze wijzigingen betekenen.

Het wemelt van de wijzigingen in allerlei artikelen zonder enige inhoudelijke noodzaak, hetgeen de duidelijkheid zeker niet ten goede komt. Dit is ook niet de opdracht van de Raad van State.

Waarom is Litjens allergisch voor ondoorzichtige wijzigingen?
Het bedrijf Litjens heeft leergeld betaald maar de gemeente ook. Toch gaat de gemeente op deze weg door. Ik zou zeggen: De gemeente is wel erg hardleers.
Ik licht dit toe als volgt:

In 1992 bestond het bedrijf Litjens uit 2 delen.
a. Een deel was bestemd tot een varkenshouderij met 2100 m2 aan bebouwing.
b. Het andere deel was bestemd tot een recyclingbedrijf etc, waarvan 50% van de bestemming bebouwd mocht worden. Voorts kende dit gedeelte een passende begripsomschrijving en een artikel t.b.v. verkoop.

In de jaren tussen 1993 en 1996 is overlegd op verzoek van de gemeente om het varkensbedrijf te beëindigen en om beide delen samen te voegen tot een recyclingbedrijf.

Dit is geschied bij het bestemmingsplan Buitengebied 1998.
Toen is vastgelegd, dat de voorschriften voor het bedrijfsgedeelte ook zouden gaan gelden voor het gedeelte, waar voorheen de varkenshouderij  was gevestigd.
Nadien bleek, dat dit door de gemeente niet effectief in de voorschriften van 1998 was verwerkt.

Tussen 2001 en 2005 is met wethouder Peeters overleg geweest over zaken ten gevolge van deze samenvoeging zonder dat beide partijen zich hebben gerealiseerd dat de basis al vastgesteld was in 1992.

De ambtenaren zwegen ter zake.

Vervolgens zijn er diverse en jarenlange procedures gevoerd zonder dat de gemeente inbracht dat Litjens in ieder geval een effectief beroep kon doen op de voorschriften uit 1992.

Tot ik in 2008 bij mijn onderzoek in het provinciale archief de voorschriften uit 1992 ontdekte.
Ook daarna duurde het nog enige jaren voordat de omissie uit 1998 en volgende jaren werd hersteld.

De gemeente stelde in 2008 dat het betreffende dossier zoek was. De gevolgen van dit nalaten ondervindt het bedrijf tot op heden. Excuses zijn er nooit geweest.
Eerst bij huidige bestemmingsplan Buitengebied is gedeeltelijk herstel tot stand gekomen voor wat betreft de begripsomschrijving en de verkoopbepaling.
Het bebouwingspercentage is echter nooit hersteld.

Dat is in het kort de les voor het bedrijf Litjens. Geen ondoorzichtige wijzigingen van de regels meer.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *