Grave PolitiekKeerpunt 2010Laatste NieuwsVoorpagina

DE BURGEMEESTER: EERSTE BURGER, VREEMDE ZONDERLING”

 

GraverMaat: Bovenstaande foto is gemaakt na de herbenoeming van burgemeester Lex Roolvink.

Meer over de burgemeester in Nederland.

Van: Necker van Naem. 

Als raadslid heb je veel met de burgemeester te doen: als raadsvoorzitter, als portefeuillehouder, verantwoordelijke voor de openbare orde en in crises, als gezicht van de gemeente en uiteraard als vaste aanwezigheid bij de borrel. De burgemeester is alomtegenwoordig en lijkt overal bij betrokken maar is tegelijkertijd ook geïsoleerd en staat op afstand van veel van de dagelijkse praktijk. Daarom bestaat er verwarring over de bijzondere positie van de burgemeester. Die verwarring vind je binnen het stadhuis, maar in nog grotere mate daarbuiten. Zo wordt de burgemeester van Amsterdam regelmatig op de korrel genomen voor het beleid van de gemeente, terwijl haar portefeuille nauwelijks breder is dan de openbare orde en handhaving. Nog afgezien van het feit dat het college voorstellen doet en de raad die vaststelt! In Rotterdam is in de raad een en ander te doen over de herbenoeming van de burgemeester en de vraag of de bevolking daar zeggenschap in moet hebben. Dit gaat voorbij aan het feit dat de gemeenteraad weliswaar een grote invloed heeft op de herbenoeming, maar dat het besluit aan de minister van Binnenlandse zaken is. Alle verwarring over taken en aanstelling ten spijt, spelen burgemeesters weldegelijk een belangrijke, centrale rol in een gemeente. De burgemeester is namelijk de spil in alle bestuurlijke processen en dus de aangewezen persoon om de samenhang, kwaliteit en integriteit van alle besluitvorming in de gemeente te waarborgen. Morele problemen bij een belangenafweging? Zorgen over de juridische houdbaarheid van een besluit? Twijfels over het democratisch gehalte van een proces? Het leidt geen twijfel dat de burgemeester op deze gebieden hét aanspreekpunt is. Dus benut de burgemeester vooral voor deze doeleinden.
UIT HET BOEK ‘IK RAADSLID’
OVER BURGEMEESTERS
Rond burgemeesters is altijd wat te doen. Voor het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) stelde Necker van Naem in 2014 daarom een handreiking op. Deze handreiking ondersteunt griffiers en gemeenteraden in alles wat moet gebeuren rond burgemeesters. In de benoemingstermijn van zes jaar is er elk jaar werk aan de winkel. Goed om te beseffen, is dat de gemeenteraad niet de werkgever is van de burgemeester (zoals de gemeenteraad wèl de werkgever is van de griffier). In de praktijk hebben burgemeesters en gemeenteraden veel met elkaar te maken. De burgemeester is bijvoorbeeld benoemd op basis van een aanbeveling door de gemeenteraad, de gemeente betaalt het salaris van de burgemeester en de burgemeester is voorzitter van de raad. In de handreiking is het schema zoals hieronder afgebeeld opgenomen.
De burgemeester wordt benoemd bij Koninklijk Besluit voor een periode van zes jaar. Daarna volgt in principe herbenoeming. Een burgemeester kan ook bij Koninklijk Besluit worden geschorst of ontslagen. Iemand kan burgemeester zijn in meerdere gemeenten tegelijk, zolang het inwonertal maar niet de 10.000 overschrijdt op het moment van de benoeming (art. 64 Gemeentewet). Dit komt overigens zelden voor, zeker nu door gemeentelijke herindeling het aantal gemeenten met minder dan 10.000 inwoners steeds verder afneemt. Wel komt het met enige regelmaat voor dat de burgemeester van een gemeente tijdelijk ook ‘waarneemt’ in een na-burige gemeente. Zo was de burgemeester van Lingewaal in de periode 1-1-2014 tot 31-12-2015 ook waarnemer in de gemeente Neerijnen en neemt de burgemeester van Zoetermeer vanaf januari 2017 waar in de gemeente Wassenaar.
Wet- en regelgeving, Gemeentewet
Artikelen 9, 17, 19, 21 en 26 over de burgemeester als voorzitter van de raad. Artikel 34 over de burgemeester als onderdeel van en voorzitter van het college.
Artikelen 61 tot en met 81 onder andere over benoeming, ontslag, schorsing, vergoeding, bezoldiging, nevenfuncties, gedrag en woonplaats van de burgemeester.
Artikelen 170 tot en met 180 over de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de burgemeester. Ook in de Politiewet staat een aantal bepalingen die relevant zijn voor burgemeesters, bijvoorbeeld art 11 over het gezag van de burgemeester en art 13 over het driehoeksoverleg.
Burgemeesters blijken sportief. Zo is er het burgemeesterselftal. Dit voetbalteam speelt met regelmaat wedstrijden voor een goed doel. Ook is er jaarlijks het Nederlands Kampioenschap wielrennen voor burgemeesters. In 2017 werd de wedstrijd verreden in de gemeente Laarbeek. Winnaar was de burgemeester van Hillegom, Arie van Erk. Zijn collega’s Out (burgemeester van Assen) en Van Oostrum (burgemeester van Berkelland) stonden ook op het podium. Bij de vrouwelijke burgemeesters won Marga Vermue. Zij was op dat moment nog burgemeester van Cranendonck maar is inmiddels burgemeester van Sluis. De tweede plaats was voor Marieke Moorman, burgemeester van Bernheze.
Proces
De burgemeester is zowel voorzitter van de gemeenteraad, als voorzitter (en lid) van het college van burgemeester en wethouders. In beide functies moet hij onafhankelijk zijn, al mag hij in het college wel meestemmen. Als raadsvoorzitter kan de burgemeester de gemeenteraad bijeen roepen en moet hij de vergaderorde bewaren. Ordeverstoorders mag hij uit de vergadering verwijderen. De burgemeester mag ook, op eigen verzoek, deelnemen aan discussies en zich laten vervangen door de plaatsvervangend voorzitter. Bijvoorbeeld als de raad vergadert over een onderwerp dat binnen zijn portefeuille valt. De burgemeester is zelf ook een bestuursorgaan, naast de raad en het college. De raad kan hem ter verantwoording roepen voor het door hem gevoerde bestuur (artikel 180 Gemeentewet). Als bestuursorgaan is de burgemeester onder andere verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid. Hij heeft bijvoorbeeld het opperbevel bij brand en kan noodverordeningen uitvaardigen. Samen met de officier van justitie en de districtschef heeft hij overleg over het veiligheidsbeleid in de gemeente (art 13 Politiewet). Dit overleg in deze samenstelling wordt wel de gezagsdriehoek genoemd. In de Algemene Plaatselijke Verordening staan bepalingen met betrekking tot de openbare orde.
Sinds de Politiewet 2012 in 2013 in werking is getreden, bestaan er in Nederland geen 25 regiokorpsen meer, maar nog slechts één nationaal politiekorps, verdeeld in 10 regionale eenheden. Plaatselijk heeft de burgemeester het gezag over de politie als het gaat om de openbare orde en veiligheid in de gemeente en de (hoofd)officier van justitie waar het gaat om onderzoek en opsporing. Per regionale eenheid wordt ook een regioburgemeester benoemd, die zowel spreekbuis is van de andere burgemeesters als aanspreekpunt voor de andere burgemeesters én de minister van Veiligheid en Justitie. Het collectief van regioburgemeesters overlegt op landelijk niveau met de minister van Veiligheid en Justitie, het College van Procureurs Generaal (het gezag op het terrein van strafrechtelijke handhaving) en de korpsleiding van de politie, over bijvoorbeeld de aanpak van criminaliteitsproblemen, de beleidsontwikkeling en voortgang van de landelijke politieprioriteiten. Verder ziet de burgemeester erop toe dat de vaststelling en uitvoering van gemeentelijk beleid en samenwerking tussen de gemeente en andere overheden goed verloopt. Daarnaast waakt hij over de kwaliteit van de dienstverlening en ziet erop toe dat de gemeente de bevolking betrekt bij het maken van beleid. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor een adequate behandeling van bezwaarschriften en klachten. Verder is de burgemeester sinds de wijziging van de Gemeentewet van februari 2016 wettelijk verantwoordelijk voor de bevordering van de bestuurlijke integriteit van de gemeente. In de praktijk nam de burgemeester in de regel deze rol al op zich. Deze wettelijke verantwoordelijkheden van de burgemeester zijn neergelegd in art. 170 Gemeentewet.
Als een burgemeester langere tijd niet kan functioneren (bijvoorbeeld door ziekte of zorgverlof), neemt een waarnemend- of locoburgemeester hem waar. Een locoburgemeester is één van de wethouders en hij vervangt de burgemeester als bestuursorgaan en in het college. De gemeente betaalt de vergoeding van de burgemeester, maar bij ontslag betaalt het Rijk het wachtgeld – de vergoeding die de burgemeester ontvangt tijdens zijn zoektocht naar een andere betaalde betrekking. De burgemeester moet zijn nevenfuncties, evenals de verdiensten daaruit, bekendmaken aan de raad. Eventuele inkomsten uit zogeheten qualitate qua-nevenfuncties (die wethouders en burgemeesters uit hoofde van hun functie moeten vervullen) komen terecht in de gemeentekas.
Aanstellingswijze
De aanstellingswijze van burgemeesters is regelmatig onderwerp van discussie. In Nederland wordt de burgemeester benoemd, geschorst en ontslagen bij Koninklijk Besluit. De gemeenteraad heeft hierin wel een belangrijke rol en de commissaris van de Koning heeft een functie in kwaliteitsborging. In veel andere landen worden burgemeesters rechtstreeks gekozen door inwoners. In 2016 bracht de Raad voor het openbaar bestuur (Rob) een advies uit over de rol, positie en aanstellingswijze van de burgemeester, ‘Begin bij het begin’. Volgens de Rob moet de focus in de discussie worden verlegd van het eindbeeld (een gekozen of benoemde burgemeester) naar het ‘begin’: de fundamentele vraag wat voor type burgemeester we willen hebben. Een andere aanstellingswijze van de burgemeester, met name wanneer dat een rechtstreekse verkiezing van de burgemeester door de inwoners is, betekent een fundamentele verandering in rol en positie van de burgemeester en daarmee van de lokale politieke verhoudingen. Daarom is het van groot belang om de keuzen in goede volgorde te maken en stap voor stap af te wegen.Opinie
In juli 2017 publiceerden de commissarissen van de Koning in Noord-Holland, de heer J. Remkes, en Overijssel, mevrouw A. Bijleveld-Schouten, een opinieartikel in de Volkskrant. Daarin betogen zij dat het huidige stelsel, waarin ervaring en kwaliteit een grote rol spelen, op zich naar tevredenheid functioneert. Een nieuwe aanstellingswijze kan volgens hen twee smaken hebben. Of de door de gemeenteraad gekozen burgemeester, welk systeem nadelig kan zijn voor de onafhankelijke positie van de burgemeester, of de door de inwoners gekozen burgemeester. Bij het direct kiezen door de inwoners, wat de democratische legitimiteit van de burgemeester versterkt, dient volgens hen echter ook de positie van de burgemeester te veranderen. De rechtstreeks gekozen burgemeester dient meer eigenstandige bevoegdheden te hebben, bijvoorbeeld om eigen wethouders te kiezen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *