Er is geld in Grave, maar je ziet ’t niet

Twee miljoen euro. Ver­dwenen. Gewoon, zo, hup: weg.

Die indruk kreeg je een beetje toen de Graafse politiek twee weken terug over de brede scholen wilde discussiëren.

Wilde: want het bericht van de twee miljoen kwam vrij plotse­ling. En zorgde ervoor dat Graves vijftien parlementariërs even maar moeilijk aan de inhoud konden denken. Die inhoud is kort gezegd: twee brede scholen, eentje in Gra­ve- Oost en eentje in Grave-West, kosten: 10 miljoen euro.

In het voorstel dat Grave in decem­ber uitwerkte, was die 10 miljoen euro meteen geregeld.

Maar toen de politiek er een maand later over ging praten, dook die 2 miljoen euro ineens op. In een memo stond dat de vermo­genspositie van de gemeente door ‘voortschrijdend inzicht’ met 2 mil­joen euro was verslechterd. En dat er dus ineens onvoldoende geld was om het plan van de scholen uit te voeren.

Wat er met die twee miljoen eu­ros is gebeurd? Dat is een tech­nisch verhaal. Anders dan bedrij­ven moet een gemeente behou­dend begroten: niet rekenen op meevallers, en niet te zuinig zijn met tegenvallers. Andersom wilde Grave ooit een nieuw sociaal cen­trum betalen uit de opbrengsten van drie te verkopen wijkgebou­wen. Die opbrengsten vallen tegen nu er een crisis is.

Bij het doorrekenen moest Grave deze keer meer reserveren voor fi­nanciële tegenvallers. Tegenvallers die geoormerkt zijn, zoals dat heet. Geld dat Grave ooit met een speciaal doel heeft gereserveerd.

Dat geld mag niet zomaar van het ene naar het andere potje. Ook al zijn het reserves.

Grave heeft nu dus alvast de princi­piële keuze voor twee brede scho­len gemaakt. Maar de discussie over hoe Grave die gaat betalen, komt dus nog ( bij de kadernota en de begroting).

Volgens financiënwethouder Ge­rard Adams zal het bedrag niet ho­ger uitvallen dan die 10 miljoen eu­ro. En zal het niet zo’n probleem zijn om aan dat geld te komen, om­dat er altijd wel meevallers zijn.