Grave Lokaal

Gastcolumn Ben Bongaards: Franciscus.

De naam van onze nieuwe paus is een statement.
Dat wil de traditie. Soms gaat dat vooral over zijn eigen geloof, zoals bij
Benedictus XVI die zich gezegend wist door God. Als paus en theoloog (dogmatiek)
was hij vooral een bewaker van wat hij zelf het zuivere geloof vond,
theologisch uiterst erudiet en op dit vlak (voor de theologische fijnproevers)
heel inspirerend. Voor mensen die niet echt voeling hadden met deze ingang tot
zijn persoon, was hij een wat wereldvreemde weerbarstige persoonlijkheid die
vaak slecht begrepen en aangevoeld werd. Benedictus communiceerde doorlopend
maar wel op cerebraal niveau. Wat hij vertelde, lag vervat in een soort
colleges. Knap en authentiek maar niet aan al te veel mensen echt besteed. 
Daarin
is hij een vrij volmaakte tegenpool van Franciscus. Vanaf het eerste moment dat
die op dat bekende balkon stond, begon communicatie. Eerst zonder woorden. Zijn
lichaamstaal: ‘Hier sta ik. Hier moeten jullie het een tijdje mee doen. Ik kan
het zelf ook nauwelijks bevatten.’ Zijn eerste woorden: ‘Bona sera!’, ‘Goede
avond!’ Je ziet aan de man dat hij helemaal geen schrik heeft voor de massa op
het Sint Pieterplein en hij steekt de eerste hand uit naar de Romeinen wier
bisschop hij is geworden. Binnen de kortste keren is de menigte een warm bad
voor hem. Een warm mens die midden in het leven staat.
Ik moet u misschien zeggen dat ik de laatste
jaren met enorm veel scepsis naar allerlei scènes vanuit Rome gekeken heb. Voor
mij is het een onwaarschijnlijke mengeling van geloof en ongeloof, van jeugdsentiment,
mijn eigen nestgeur, maar vooral ook heel veel onbegrip, ergernis en, heel
dodelijk, schouder ophalen. Hetzelfde geloof, maar in een wereld die voor mij
niet meer bestaat. Het homostandpunt van de kerk is me niet in de koude kleren
gaan zitten en dan vooral de absurde vanzelfsprekendheid waarmee iets
onchristelijks als de natuurwet (Aristoteles) tot richtsnoer van het menselijk
handelen is gebombardeerd. Het principe past in een ordening van de wereld waar
de zon om de aarde draaide en kan daarom tegenwoordig niet veel meer zijn dan
een laatste strohalm om alles bij het oude te houden.

Maar goed. Franciscus. Zijn naam. Ik hoorde
hem zelf zeggen dat hij Franciscus van Assisi op het oog had. Er zijn immers
nog enkele Franciscussen heilig geworden. Met heiligen is het zo dat de
beeldvorming vaak zo met de echte mensen op de loop is gegaan dat ze vooral
seksloos en risicovrij geworden zijn. Kleerhangers waaraan dwepende deugden
gehangen zijn die totaal zijn los getrild van het echte leven… Kuisheid?
Nederigheid? Gehoorzaamheid? Niet slecht dat onze nieuw gedoopte Franciscus
zelf laat weten wie zijn rolmodel is. Een heilige die, ondanks alle sappige en
gladde moraliseringen zo’n sterke boodschap uitdroeg, dat hij nu nog staat:
‘God is er voor de armen. Ik ben er voor de armen want ik spreek voor God.’ 

Vooralsnog
slaagt hij er heel goed in om wandelend tussen de mensen alleen maar dat te
zeggen: ‘Ik zie jullie allemaal staan en vind belangrijk om te voelen wat
jullie voelen. Ik ga daar straks mee aan de slag.’ Wat hij waarschijnlijk ook
deed in de stadsbussen van Buenos Aires. Word ik daar meteen minder sceptisch
door? In zoverre wel dat ik weer ergens een klein stukje echte toekomst zie
voor de kerk die ik eigenlijk niet eens meer voluit mijn kerk wilde noemen.
Wat me ook meehielp, was een plein vol met
blije en verwachtingsvolle gezichten. Kom daar eens om in ons sikkeneurige
landje. Ik voel nog dat ik me in eerste instantie vooral geneerde; nonnen met
een gelukzalige glimlach van oor tot oor, jeugd van wier gezicht te lezen viel
dat ze echt hoopte op iets, dat ze echt iets verwachtte. In combinatie met de
nieuwe Franciscus smolt er zelfs bij mij wat ijs… Soms zie je in de ogen van
anderen een spiegelbeeld van jezelf en doet die confrontatie wonderen.
Die gore junta. Ik zie Nederland gewoon
voetballen in Buenos Aires 1978. Ik zie een vader van Máxima die hier zo’n
beetje de rol heeft gekregen van de ongewenste schoonmoeder maar die we zoveel
mogelijk met rust laten omdat hij in feite hetzelfde deed als al die verdwaasde
voetbalfans in 1978, de kool en de geit. Ik zie in gedachte ook Jorge
Mario Bergoglio rondwandelen in Argentinië. Hij zal niet echt een andere Jorge
zijn dan de Franciscus van nu en zal de wereld frank en vrij naar zich toe
hebben zien komen. Inclusief die smerige junta. Hij heeft zich er toe moeten
verhouden. Ik vertrouw er, eerlijk gezegd, op, dat hij een hartgrondige afkeer
gehad moet hebben van de lui, anders dan veel paars- en purpergejurkte kerkgenoten
die in die schoften de weg zagen naar een betere wereld. Die waren er immers  wel degelijk en niet te weinig. Vaak horen
macht en kerk helaas tot hetzelfde conglomeraat.
Paus Franciscus. Van mij krijgt hij het voordeel van de
twijfel. Twijfel, omdat de kerk me bijna  te ver passé is om nog te reanimeren. Maar
misschien ga ik daar niet over. Ook dat hebben de beelden van deze week mij
duidelijk gemaakt. De Geest waait waarheen hij wil en soms slaagt hij er zelfs
in om een klein briesje hoop mijn kant uit te blazen. Amen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *